Schaak

Een koning kan gevangen worden als deze wordt aangevallen door een vijandig stuk. De koning staat dan schaak, waarna de dreiging moeten worden opgeheven.

Let op: Het schaakzetten van je eigen koning is niet toegestaan.

Voorbeeld: schaak.

In het bovenstaande voorbeeld dreigt de witte loper de zwarte koning gevangen te nemen. De zwartspeler moet er nu voor zorgen dat het schaak wordt opgeheven.

Opgaven: Zet de tegenstander schaak.

Schaak opheffen
Er zijn drie manieren waarop schaak kan worden opgeheven.

1. Het slaan van het schaakgevende stuk (slaan).
2. Het tussenplaatsen van een stuk tussen de koning en het schaakgevende stuk (tussenplaatsen).
3. Het verplaatsen van de koning uit het schaak (weggaan).

Voorbeeld: slaan.

In het onderstaande voorbeeld staat de witte koning weer schaak door de zwarte dame. Het verschil met het vorige voorbeeld is dat er een veld tussen de koning en de dame staat. Hierdoor kan de koning de dame niet terugslaan. Gelukkig heeft wit nog een paard, waarmee wit precies de dame kan slaan. Hiermee heft wit het schaak op.

Dynamisch diagram:

Voorbeeld: tussenplaatsen.

Dynamisch diagram:

Voorbeeld: weggaan.

Dynamisch diagram:

Vluchtvelden
De velden waar de koning bij een schaak naar toe kan heten de vluchtvelden.

Opgaven: Hef het schaak op.