Aanvalsdoelen
Bij het schaken zijn er drie doelen die kunnen worden aangevallen. Deze worden de aanvalsdoelen genoemd.
Spanning
Als een aanvalsdoel wordt aangevallen, ontstaat er spanning tussen twee stukken, de aanvaller en de verdediger. Met spanning kan je twee dingen doen:
- opheffen;
- vasthouden.
Het opheffen van spanning doe je alleen als het voordelig is, of nadelig als de tegenstander de spanning kan opheffen. Als beide niet het geval zijn, is het beter om de spanning te handhaven / vasthouden.
Opgaven: spanning.